Aan
de voet van de bergen, in een vallei naast de Guadarrama,
niet ver van Franco’s monument voor de (lees: zijn) gevallenen, ligt
een terrein dat in 1880 werd
gekocht door Federico
Fliedner van een
burgemeester die geen idee had aan wie het land eigenlijk toebehoorde, en blij
was op die manier de achterstallige belasting er voor bij elkaar te krijgen.
Een ‘finca’ was
het, een buitenplaats, of
een stuk land met bebouwing, maar die benaming was wel erg weids voor een ongelijk
stuk grond met enkele huisjes en een stel ruines. Federico
ontdekte echter een bron op het terrein die helder water gaf, en dat was een geweldig pré in een tijd dat er nog niet overal vaste waterleiding
was.
Hij zag de mogelijkheden die het terrein bood, en ging met hulp uit het buitenland
over tot de aankoop. Grootse plannen had hij, tot en met het planten van een
botanische tuin. Veel van die plannen heeft hij kunnen realiseren: een school,
een vacantie-onderkomen voor kinderen uit de stad Madrid, de herbouw van het
oude huis, dat door de mensen het ‘Castillo’ werd genoemd, en dat dateerde uit de 16de eeuw, of eerder.
Vandaaruit immers heeft Philips II tussen 1563 en 1584 de bouw gadegeslagen
van zijn levenswerk: het klooster-kasteel San Lorenzo del Escorial.
Escorial heet
het plaatsje, naar de slakkenhopen die overal lagen als afval van de mijnbouw
die daar had plaatsgevonden in betere tijden. En San Lorenzo,
Sint Laurentius, was de heilige aan wie Philips het onrustige Spanje van zijn
tijd heeft willen toewijden. Laurentius
die standvastig vasthield aan zijn geloof, ook toen hij gemarteld werd
op een
gloeiend heet rooster. In de vorm van dat rooster is het klooster, dat Philips
II tot kasteel diende, toen hij op leeftijd kwam, gebouwd. Als een brandmerk,
waarmee hij Spanje wilde tekenen en vastleggen aan het ‘ware geloof’. Want ongelooflijk
als het moge schijnen, in Spanje was in die tijd heel wat gaande op het gebied
van de Hervorming. Helaas is die beweging met wortel en tak uitgeroeid door
de inquisitie, maar Von
Staupitz, de abt die Maarten
Luther de opdracht gaf de
zaken aan de universiteit van Erfurt
eens te saneren, haalde zijn inspiratie uit Salamanca,
uit Spanje!
Een
wonderlijke bestiering dus dat de oprichter van het
Fliednerwerk in Spanje juist de hand kon leggen op dít terrein, waar
vervolgens de Protestantse minderheid in Spanje zich kon laven uit de zelfde
bron als die waaruit Philips II, de grote vervolger van de Hervorming heeft
gedronken!
Het terrein, dat
destijds ruim buiten het dorp lag, en een helder uitzicht had op het klooster,
is nu volkomen ingebouwd, en heeft zijn landelijk
aspect verloren. Het lijkt daardoor ook wat gekrompen. Maar gekrompen
zijn de mogelijkheden niet, die de Protestanten van dit moment er in zien, en
die de nazaten van Federico
Fliedner, zijn kleindochter
Elfriede, en zijn geestelijke nazaten, die verenigd zijn in de
Fliednerstichting! Integendeel. Juist het Casa
de Paz, (Huis van Vrede) zoals Federico
het terrein noemde, moet een plaats van verzoening worden.
Een plaats waar oecumene geleefd en geleerd wordt. Oecumene allereerst onder
de vele verschillende Protestantse varianten die er te vinden zijn in Spanje,
een zeer veelkleurige rok aan het
Lichaam des Heren, maar ook een plaats waar het gesprek met de Rooms Katholieken
plaats kan vinden. Waar openheid en respect de plaats kunnen gaan innemen van
angst en achterdocht die in het verleden zo terecht de houding was van de protestantse
minderheid in Spanje, en waar de andere kant heldere informatie kan krijgen
over wat de Protestanten beweegt, en wat hun leer nu eigenlijk inhoudt. Dat
alles is toekomstmuziek, net als de botanische tuin, die nog altijd op het programma
staat, en er vast zal komen, als er ooit het geld voor zal zijn.
Nu liggen er overal in de tuin hopen stenen, werktuigen, blijken van grote activiteit, want er wordt hard gebouwd aan een Protestantse aanwezigheid die zal getuigen van een kijk op de maatschappij die dienstbaar is aan heel de samenleving.
Zaterdagavond
12 october 2002 vond onder grote belangstelling uit binnen- en buitenland, Protestanten
én Rooms Katholieken, de feestelijke inauguratie plaats van het project
Ponce
de la Fuente,
als eerste tastbare bewijs van het Protestants vermogen de dromen ook in daden
om te zetten, en zo deel uit te maken van de toekomst van Spanje.
Constantino
Ponce de la Fuente
1502-1560 was kapelaan van de Spaanse keizer, een zeer geëerd man, een groot
filosoof en theoloog, een fantastisch predikant, zoals een hoveling uit die
tijd hem beschreef. Maar hij behoorde ook tot de Hervormers, of tenminste tot
de voorlopers van de Hervorming in Spanje, en heeft zijn laatste jaren moeten
slijten in de kerker. Desondanks bleven zijn werken gelezen en gebruikt tot
in de hoogste kringen. Dit hoorden we uit
de mond van prof. José Nieto, een voormalig leerling van ds. Voerman aan het Seminarie
- het opleidings-instituut voor predikanten - te Madrid. Hij was speciaal overgekomen
uit Amerika, waar hij gezien wordt als een van de grote specialisten op het
gebied van de Spaanse kerkgeschiedenis, om de opening van dit project speciale
kracht bij te zetten met een serie van vier lezingen over de kerk en de sacramenten,
zoals Constantino Ponce de la Fuente en tijdgenoten daar tegen aankeken,
en over Don Quichote,
en het pleidooi voor Godsdienstvrijheid, dat daarin verwerkt is.
Voorafgaand aan
de lezing van prof. Nieto waren er relatief korte verhandelingen door ds. Pedro
Zamora, een van de directeuren van het S.E.U.T., en mede-initiatiefnemer van
het project, waarover we nog meer zullen vertellen, door Sergio Rossell, een
van de docenten, door Joel Cortés, voorzitter van de Comisión
Permanente van de Iglesia Evangélica Española. Vervolgens kreeg uw nieuwe
vice-voorzitter het woord: ds. Voerman, die tijdens de laatste
vergadering van de Stichting Het Evangelie in Spanje in die functie is benoemd
in de plaats van wijlen Jhr.
van Lennep. Namens de Stichting bood hij met een geestige speech, die zeer gewaardeerd
werd, een set boeken aan: een recent uitgekomen interlineaire bijbelvertaling,
waarbij direct onder het Hebreeuwse / Griekse woord de Spaanse vertaling staat,
zodat ook de student die niet zo geverseerd is in de grondtalen van de bijbel
een idee kan krijgen van wat er nu eigenlijk staat. Iedere vertaling is immers
een stukje verraad aan de grondtekst, of levert, bij het exact volgen er van,
vaak een minder goed leesbaar product op.
Na
ds. Voerman werd het woord gegeven aan dr. Tamara Appel die
het Diakonisches Werk der Evangeliche Kirche Deutschland
vertegenwoordigde, een van de grotere geldschieters voor dit project. Zij overhandigde
een ‘aandachtsdoek’, met een diepe spirituele betekenis, die ze helder uitlegde.
Deze doek zal zeker een goede plaats krijgen in het toekomstig centrum, wanneer
eenmaal de bouwactiviteiten voleindigd zijn.
Want ja, die zijn
nog volop bezig, zoals we zelf konden zien tijdens de rondleiding, die volgde
op het gemeenschappelijk gebed, de muziek, de lezing van Prof. Nieto en de hapjes
en drankjes in de tuin.
Eigenlijk
is het enige, dat voor ons gevoel min of meer klaar was, de conferentieruimte,
waar we ontvangen werden,
en de kantoortjes van Pedro Zamora en de fraternal workers Donna en Edgar Moros.
De laatste leidde overigens Prof. Nieto in, en leidde ons als groep
rond door de gebouwen. Inderdaad moet er nog veel gebeuren, maar dat is
allemaal een kwestie van afwerken, vond Edgar Moros. En zo zagen we de kantoren
voor het personeel van het S.E.U.T., de bibliotheek in aanbouw, waar nu een
kleine expositie was van het lesmateriaal, een fotocollage van het werk dat al gebeurt in Madrid, de boeken die zijn uitgegeven in eigen
beheer, en dergelijke.
Ook stond er een boekentafel van de
Librería Calatrava, waar onder andere de laatste boeken van prof.
Nieto te koop waren. We zagen de studentenkamers in aanbouw, in het gebouw dat
nu Ponce de la Fuente heet, en dat de hoeksteen is van heel dit op de toekomst
gerichte project, en we werden rondgeleid door de tuin, waar we de bron zagen,
(zie boven) en de toekomstige bibliotheek, in een latere fase: la Chimenea(=
de oven). Daar werden destijd de glazen en ruiten voor het klooster vervaardigd.
En ook is het in
een andere tijd kennelijk de keuken geweest voor de fraters ter plaatse. Het
gebouw, met zijn karakteristieke gevel, zie foto, is ooit gehalveerd, en daarom
leek het ons nu heel klein, maar die verminking zal weer ongedaan gemaakt worden
is het plan, zodat er plaats zal zijn voor een studieruimte en een bibliotheek,
die ook toegankelijk zal zijn voor de inwoners uit de stad. Toekomstmuziek?
Zeker. Maar er zit muziek in, en we hebben het volste vertrouwen dat het - ook
met uw en onze hulp - allemaal van de grond zal komen. Daar staan mensen als
dr. Zamora en de nuchtere beheerders van de Fliednerstichting, waarmee het
S.E.U.T.
intussen een samenwerkingsverband is aangegaan, wel borg voor. We bezagen vervolgens
het Castillo,
dat omgebouwd wordt tot woning voor dr. Zamora, en waar een vergaderruimte zal
worden aangepast, zodat die geschikt is om bezoekers uit binnen- en buitenland
te herbergen. We kijken er naar uit! Er is intussen een heleboel werk verzet,
en er wordt volop gestudeerd en les gegeven...
Kijk voor de laatste stand van zaken op http://www.centroseut.org/
Project.
Nu dan, dat project, waar steeds maar sprake van was. U hebt er al een en ander over kunnen lezen in berichtenblad nr. 67. We zullen het nog eens memoreren: het gaat om een project in twee delen, waarvan het eerste nu een tastbaar begin heeft gekregen.
Ponce de la Fuente, campus en broedplaats.
Om een goed kader te kweken voor de toekomst, zijn goed opgeleide mensen nodig. Mensen die kennis hebben, en de wijsheid die kennis op een goede manier toe te passen. Dat leer je niet zo maar.
De gedachte is: een christelijke campus, waar jonge mensen
die in verschillende studierichtingen bezig zijn, samen wonen en werken, en
geestelijk gevoed worden door de docenten van het SEUT,
het opleidingsinstituut van de beide oudste Spaanse Protestantse kerken: IERE
en IEE.
Daartoe is het SEUT bezig te verhuizen naar het Casa de Paz, en zijn de bouwactiviteiten
aan het Ponce de la Fuente verder opgeschroefd.
De officiële opening vond, zoals hierboven beschreven, 12 october 2002 plaats, temidden
van een groot aantal genodigden uit binnen- en buitenland.
Dit eerste project is genoemd naar Constantino Ponce de la Fuente
en behelst de zorg, vanuit een christelijke betrokkenheid, voor een twaalftal
studenten in verschillende studierichtingen, zodat ze kunnen studeren in een
warme omgeving, waar ook aandacht is voor hun geestelijke (op)voeding. Een arbeidsintensieve
zaak dus, waarmee de docenten van het S.E.U.T., dat in het Casa
de Paz wordt gehuisvest, zich nauw
verbonden weten. De bedoeling is een Protestants kader te kweken, dat
niet beperkt is tot predikanten, maar in alle geledingen van de maatschappij
zinnig kan meepraten, en een Protestantse aanwezigheid waar kan maken, die hout
snijdt. Er wordt op gerekend dat de 12 studenten van nu uitgroeien tot een 30-tal,
wanneer de faciliteiten eenmaal voltooid zijn. Een universitaire campus op Protestantse
grondslag. De mensen die blijk hebben gegeven van interesse, komen er uit zo’n
20 verschillende denominaties, zodat er een geweldige stap voorwaarts zal worden
gezet, samen op weg naar een echte oecumene.
Een droom die uitkomt. Die waargemaakt wordt door noeste volharding en eigenzinnigheid, tegen alle tegenwerking en tegenslagen in.
Het volgende deel van het project is genoemd: