Barcelona op bezoek

Na een moeizame voorgeschiedenis kwam op woensdag 24 juli 2002 een kleine delegatie uit Barcelona (of om precies te zijn: uit Santa Coloma de Gramenet) aan op Schiphol: ds. Carmen Sánchez en haar zeven reisgezellen waren eindelijk gearriveerd. Hier van links naar rechts: Carmen, Mari, Pepi (Carmens rechterhand) en haar zus Nuria, Ana en haar man Jaime, Ricardo en de andere Jaime.

Het kostte enige tijd om alle koffers bij elkaar te krijgen – een dag van topdrukte op Schiphol! – maar het lukte. Namens het bestuur was mevrouw Voerman aanwezig om hen op te halen. De kennismaking verliep vlot en hartelijk. Daarna gingen we met de trein richting Bunnik, waar de groep was ondergebracht in de Jeugdherberg, die is gevestigd in het statige Rhijnauwe aldaar. Wat is dat makkelijk: die Euro! Geen gezeur: ds. Sánchez betaalde vlot de kaartjes die mevr. Voerman bestelde aan het loket. Wat wel een probleem opleverde was de kou. Een vriendelijk zonnetje, een straffe wind, en 19º Celsius was ook voor geharde Barcelonezen bibber-koud. En als je dan alleen een dun bloesje aan hebt… Maar goed, dat werd min of meer opgelost, en ondanks een misverstand over de juiste trein, waardoor de penningmeester een half uur extra moest wachten bij station Bunnik, kwam men ongedeerd en met alle bagage aan op genoemd station. Vandaar werd iedereen door de heer Van Delft in twee ritten naar de Jeugdherberg vervoerd, hetgeen veel waardering oogstte. Toen de heer Van Delft aanbood om op vrijdagavond met de groep op stap te gaan voor een avondwandeling in de omgeving, werd dit aanbod graag aangenomen. Mevrouw Voerman bleef achter, om samen met de anderen uit te zoeken hoe slapen en eten was geregeld. Twee kamers met elk twee rijen stapelbedden, die ook niet gedeeld hoefden te worden, gaven ruim plaats aan de vijf dames en drie heren. Vooral de laatsten hadden een zee van ruimte, maar natuurlijk minder gezelligheid.
Toen het etenstijd was ging ook mevrouw Voerman naar huis. Ze kreeg een
tweetal geschenken mee: een aardewerken draakje – uit het Parque Güel, dat intussen op haar computer huist, en een soort tegeltableau met beelden van Barcelona. Die is bij de heer Van Delft terechtgekomen.

Pepi, Mari Jaime en een stukje Ricardo boven, onder Ricardo, Ana, Jaimei en Nuria.

Er was inmiddels duidelijkheid over wat men donderdag wilde gaan doen: een bezoek aan Amsterdam, aan de verschillende musea, en met name het Van Goghmuseum, en aan het Stedelijk museum. Aangezien ds. Sánchez en Pepi López Moreno vorig naar al in Amsterdam waren geweest, was het geen punt hen dit alles alleen te laten doen. Een uitdraai van de tijden van de diverse treinverbindingen was hen woensdag al ter hand gesteld bij aankomst. Aangezien men ’s avonds nogal op tijd in de Jeugdherberg werd verwacht voor het eten, had ds. Sánchez een vroeg regime ingesteld. En zo sjokte men al om kwart over acht naar het station. Op zich een Spaanse leefwijze: in Spanje zijn alle belangrijke diensten en zaken vooral ’s morgens open… maar er werd wel gekreund, toen deze beslissing genomen werd. :-)

Vrijdag ging men onder meer naar het Anne Franck-huis, en zo waren de voeten al aardig moe, voordat de heer Van Delft arriveerde. Gelukkig was het weer intussen opgeknapt, zodat een lange avondwandeling (het werd bijna een nachtwandeling) tot de mogelijkheden behoorde. Ds. Voerman wilde ook wel van de partij zijn, maar het traject bleek niet voor rolstoelgangers geschikt te zijn, en voor een langere afstand reikten zijn krachten nog niet.
Het werd inderdaad een fikse tocht naar Bunnik, waar men de kerk en het kerkhof bekeek, (dat maakte grote indruk) en iets tot zich nam. De weg terug ging weer langs weiden, bos en dreven, zodat men pas om 11 uur thuis was. De groep was te moe om te gaan slapen, de gitaar kwam er aan te pas, en er werd zachtjes gezongen tot het echt bedtijd was. Een heerlijke avond liep ten einde.
Voor zaterdag was er een excursie geboekt. Naar Den Haag… en wellicht Madurodam. Ds. Voerman voelde zich die dag vrij goed, en besloot tegen etenstijd met de bus naar Bunnik te gaan, om ook zelf de gasten te kunnen ontmoeten. Toen hij en mevrouw daar aankwamen, duurde het nog tamelijk lang eer de groep arriveerde: de Nederlands Spoorwegen hadden zich weer van hun beste kant laten zien. Maar nadat het eten op was, en het aanbod van een ijsje toe was afgeslagen, zat men nog een drie kwartier gezellig bij elkaar. Daarbij kwamen de mogelijkheden tot kerkgang ter sprake. Er was geruime tijd besteed aan telefoontjes om een Spaanstalige gemeente te traceren. Dat was uiteindelijk gelukt in Amsterdam, maar het contactnummer gaf maar steeds geen gehoor, dus het bleef de vraag of er ook daadwerkelijk dienst zou zijn in deze vacantietijd. Immers: ook de gemeente van de Pieterskerk was met reces, en zo waren er meer. Toen ds. Voerman de mogelijkheid opperde een dienst te hebben in de toch lege Pieterskerk, waarbij ook een Avondmaalsviering tot de mogelijkheden behoorde, verslikte ds. Sánchez zich: niet al haar schapen behoorden al tot de kudde, en eigenlijk was een deel van het evangelisatiewerk waarover ze eerder gesproken had, gericht op deze loslopende grazertjes. Daarmee was dat raadsel ook weer opgelost.
Ds. Sánchez sprak af dat de groep in elk geval de Pieterskerk wel wilde komen zien, zondagavond, en dan zouden ze proberen zondagmorgen de aangegeven gemeente te vinden in de buurt van de RAI. Een nicht van een zwager woonde in Amsterdam, en daar zouden ze contact mee opnemen.
Dat is dan ook gebeurd. De kerk werd of niet gevonden, of was niet open, maar met de nicht heeft men een gezellige dag gehad, zodat de groep ’s avonds content in Utrecht aankwam… Alleen de hitte…!
Er werd een toeristische route genomen naar de Pieterskerk, die avond, en zo ging het over Hoog Catharijne, de Steenweg en langs het Utrechtse stadhuis met de Spaanse achterkant, die niet algemeen werd gewaardeerd.
In de kerk zelf hield ds. Voerman eerst een exposé over het ontstaan van de Waalse gemeente, en hij vertelde een en ander over de kerk. Een aantal Spaanse gidsen van de kerk vond zo gretig aftrek, dat ds. Voerman ze maar cadeau deed, en persoonlijk tekende.
Een onverwachte schadepost, maar ze waren er zo blij mee, dat het daardoor alleen al de moeite waard as. De rondleiding door de kerk zelf nam geruime tijd in beslag. Een bijbel van twee eeuwen oud, de ruimte, die de eeuwen oproept, je eigen kleinheid in zo’n gebouw, en het idee dat
Protestanten zoiets mogen gebruiken en beheren, het waren volkomen ongedachte mogelijkheden! Pepi, de muzikale begeleidster van de groep, die op zondag piano speelt in de kerk, was helemaal verrukt van het grote orgel, en ging er voor zitten met een air van: en nu ik!
Dat hierbij het orgel geen kik gaf, omdat we de knop niet konden vinden waarmee het aangezet wordt, houden we maar onder ons.
In de Dekenkapel heeft ze wel even het kabinet-orgel beroerd, maar ze schrok er voor terug het echt uit te proberen waar zoveel mensen bij waren. De kat van de kerk was een groot succes, vooral bij Ricardo, die zijn vrees voor katten, en zijn ervaringen met hun klauwen overwon. Een moedige daad!
Natuurlijk moest Carmen de preekstoel even proberen, en de aangebouwde zandloper leverde grote hilariteit op.
;-)

Uiteindelijk belandde de hele groep in de Dekenkapel, waar enige liederen ter ere Gods gezongen werden, en voor de vrienden die hen zo lief hadden ontvangen – waarbij natuurlijk ook de rest van het bestuur hoorde, en zeker de heer Van Delft! al waren ze niet aanwezig.  Gebeden werd er, door verschillende mensen, al naar het hart het zo ingaf. Allemaal heel aardig en dankbaar.
Het is een zeer beleefd volk, die Spanjaarden. Dat valt telkens weer op.
Na afloop gaf ds. Voerman de zegen, helemaal in stijl: in het Frans! De Heer heeft wel begrepen wat er van Hem werd verwacht….

Al met al was het al laat tegen de tijd dat de terugtocht werd aanvaard.

De volgende dag, maandag, was een excursie gepland, en aangezien mevrouw Voerman dinsdag naar een crematie elders moest, fietste ze maandagavond laat nog maar naar Bunnik, waar de groep genoot van een uitgestelde maaltijd. De gegevens voor de treinen naar Amsterdam-Schiphol werden met vreugde in ontvangst genomen. Op dinsdag verwachtte men een telefoontje van de nicht van de zwager, want de laatste had en feestje, en daar was de groep voor geïnviteerd, had men begrepen. De instructies over het vervoer zouden per telefoon komen. Kennelijk is daar iets mis gegaan, want uiteindelijk is de groep de hele dag in Utrecht geweest, waar men al kerken-kijkend nogmaals de Pieterskerk bezocht, en nu de crypte ook kon bewonderen, die zondagavond op slot was. De Dom stond eveneens op het programma. Utrecht, dat wordt uitgesproken als Oetrext, is duidelijk favoriet bij de groep: eigenlijk nog mooier dan Amsterdam, is het oordeel…
Zo mogen we concluderen dat het verblijf n de Jeugdherberg bij Utrecht een goede greep is gebleken.

Op woensdag  31-7 ging de groep terug. Eerst vroeg met de bus naar Utrecht, waardoor nog een aantal uren in Amsterdam kon worden doorgebracht voor de laatste inkopen, was het idee…
Op de volgende foto staat men in de rij voor het loket. Botje bij botje kwam men er wel…
Ook dit keer liet de NS zich van haar meest briljantenkant zien: een werktrein was ontspoord, en dat leverde ruim 45 minuten vertraging op, voordat de Spaanse vrienden zich in een trein konden nestelen op het balkon van een eerste klas coupé. Het wachten tot de trein vertrok was niet zonder spanning, er werden
nog al wat horloges vergeleken, ivm de juiste tijd, en de trouwe hulp deed alsof ze er aan toe was haar pastor te kelen. Zo verdrijf je de tijd.


Een onderonsje met Pepi López lichtte nog een tipje op van de sluier die lag over het voor ons onbegrijpelijke kleine aantal mensen dat uiteindelijk gekomen was, nadat ons eerder een buslading vol was beloofd. Ten eerste hadden veel meer mensen dan verwacht hun vacantie opgenomen in augustus. En dat kon niet meer worden teruggedraaid. En ten tweede werd Pepi, die o.a. belast was met de werving van reisgenoten, opeens met een kinderkamp op reis gestuurd, omdat iemand anders was uitgevallen. En dus kon ze er niet achterheen… Of de prijs soms een bezwaar was? Voor de armsten uit de wijk natuurlijk wel, maar het zou niet doorslaggevend geweest zijn… dat waren de onberekenbare facto
ren van anders geplande vacantietijden en van Pepi’s afwezigheid. Dacht ze.
Ds. Sánchez vertolkte namens heel de groep dat de reis een groot succes was geweest. Er is ook een sterke band ontstaan tussen de deelnemers onderling, een band die in de dagelijkse practijk van de gemeente zijn waarde nog wel zal bewijzen.
Eindelijk klonk dan het verlossende fluitje van de conducteur: de trein vertrok.

Een laatste groet, en voor ons zat het bezoek uit Barcelona er op.

Op teletekst bleek dat het vliegtuig om 20.14 was opgestegen, 34 minuten te laat, en ook op Barcelona moest er lang gewacht worden, zodat velen heel laat in bed lagen. Maar een succes was het geweest! Dat is zeker!
De stichting Het Evangelie in Spanje had nu eens op andere wijze aan haar doelstellingen voldaan.

GVvH